Wij willen vanuit wederzijdse betrokkenheid leerlingen helpen om zichzelf te kunnen zijn.

Helft leerlingen expertisecentrum Lataste stroomt uit naar regulier vervolgonderwijs

30 januari 2019

Eens speciaal onderwijs, altijd speciaal onderwijs? Welnee, dat hoeft zeker niet zo te zijn. De Latasteschool voor speciaal onderwijs van de Aloysius Stichting in Horn, bewijst het tegendeel. Bijna de helft van de leerlingen stroomt na groep 8 uit naar regulier voortgezet onderwijs in de regio. En van die groep doet 95 procent het na twee jaar nog steeds prima, bleek uit een recente peiling. Directeur Ruud van Hertum is blij met het mooie resultaat.

 

“Wij vinden dat ieder kind de meest passende onderwijsplek verdient”, zegt Ruud van Hertum. “Voor verreweg de meeste kinderen is dat de gewone basisschool. Hebben kinderen méér nodig, dan zijn zij van harte welkom bij ons. Samengevat: gewoon onderwijs als het kan, speciaal als het moet. De Latasteschool doet er vervolgens alles aan om er samen met kinderen, ouders en samenwerkingspartners alles uit te halen.”

 

Succesfactoren?

Van Hertum denkt dat het enthousiasme, de passie en de expertise van het team belangrijke succesfactoren zijn voor het feit dat veel leerlingen naar een reguliere praktijkschool, vmbo, mavo, havo of vwo kunnen.

 

“Onze onderwijsgevenden zijn allemaal Master-opgeleid en we doen er veel aan om onze deskundigheid op peil te houden. Verder is ons pedagogisch klimaat goed. Kinderen voelen zich bij ons op school veilig én zij worden uitgedaagd. Ook is onze kwaliteit van onderwijs goed.” Bij de start op de Latasteschool krijgt ieder kind een ontwikkelingsperspectiefplan. Hierin staat wat de uitstroombestemming kan zijn – en waar samen naartoe wordt gewerkt. Op de Latasteschool haalt vrijwel ieder kind dat doel. “Zo kan iedere leerling op zijn eigen niveau zijn talent laten zien”, vat Van Hertum samen.

 

Onlangs kreeg de Latasteschool de beoordeling ‘goed’ van de Inspectie van het Onderwijs. “Een mooie waardering voor onze leerlingen, ouders, ketenpartners en medewerkers”, vindt de directeur.

 



Nieuwsarchief